Noord Portugal: onbedorven natuur, cultuur
Het noorden van Portugal, de “Costa Verde” wordt terecht ook wel het andere Toscane van Europa of de tuin van Portugal genoemd. Een prachtig gebied met het hele jaar door groen, maar uiteraard ook andere kleurtonen in de natuur. In de natuur begint het in januari/februari met de prachtige mimosa, gevolgd door het geel en wit van de brem. Zodra de zon maar even zijn warmte begint af te geven volgt er een explosie van bloemen en kleuren.
Het gebied staat bekend om zijn eucalyptusbomen met zijn heerlijke geur en uiteraard de “Vinho Verde”, een wijn die alleen maar in het noorden van Portugal wordt geproduceerd. In de Douro-streek is het gebied gemarkeerd waar de overbekende Port vandaan komt.
Wie van water houdt is niet alleen aangewezen op de Atlantische kust, want in het waterrijke landschap van deze provincie bevinden zich strandjes bij de vele stuwmeren, mooie stroompjes en idyllische watervalletjes. Een rustig plekje vinden om te barbecuen, te zwemmen of heerlijk te zonnen is zélfs in het hoogseizoen altijd te vinden.
Natuurgebieden
Een aantal mooie natuurgebieden zijn bijv. het park Pineda de Gerês, de Serra da Cabreira en de Serra de Marvão.
Steden
Guimarães is de stad waar Portugal eigenlijk is “geboren”. Het oude paleis van Don Alfonso Henrique is de moeite waard om te bezoeken.
Braga is ook een universiteitsstad van de Minho. Hier vindt u naast idyllische straatjes ook ruime pleinen met gezellige terassen, fonteinen, parken, bioscopen, grote winkelcentra, de “Bom Jesus” met het trammetje op waterkracht (wereldmonumentenlijst).
Porto heeft o.a. zijn bekende portkelders, de ‘Ribeira’ waar u in kunt schepen voor een rondvaart, de musea, overdekte markt, rondrit door de stad en natuurlijk het prachtige stadion van de F.C. Porto.
Klimaat
In zijn algemeenheid is het in Noord-Portugal zo’n 10 graden warmer dan in Nederland.
Sneeuw komt in de Minho (lager dan 1.000 m.) nauwelijks voor en als er al sneeuw valt, dan is dat veelal in de loop van dezelfde ochtend verdwenen. Het kan ’s nachts licht vriezen, maar tegelijkertijd kan de temperatuur overdag tot 15 á 20 graden stijgen, waardoor het ook ’s winters (m.n. tussen 10 en 16 uur) heerlijk kan zijn om te wandelen of in de tuin te werken e.d.
Hoe droog het ook kan zijn (van 2001 – 2005 is er nauwelijks regen van betekenis gevallen), overal ziet men bronnen, bergstroompjes en watervalletjes die het blijvend groene karakter van de Minho garanderen.
In de zomer kan de temperatuur oplopen tot zo’n 35 graden, maar ’s nachts daalt de temperatuur altijd weer tot een aangename “slaapstand”. Uiteraard komt er buiten de zomermaanden ook regelmatig regen voor, maar als tussen de buien het zonnetje weer verschijnt is het ook direct weer aangenaam warm.